In de jaren dertig vluchten de ouders van Joost en Freddie Oppenheim naar Nederland. Ze zijn hun leven in Duitsland niet meer zeker. Als de nazi’s Nederland binnenvallen, zijn ze opnieuw in gevaar. De Oppenheims zoeken wanhopig naar een veilige plek voor hun twee zoons. Die vinden ze in Reusel, bij de familie Heuvelmans.

Vader Oppenheim leert vader Heuvelmans in Eindhoven kennen. De mannen liggen naast elkaar in het ziekenhuis. Oppenheim heeft veel verdriet en zegt dat hij wel een onderduikadres heeft maar dat hij een plek voor zijn kinderen – toen vier en acht jaar oud- zocht. ‘’Breng ze maar naar mij thuis", reageert Heuvelmans. "Ik heb er toch vijf.’’

Een kind meer of minder maakt Vader Heuvelmans niet uit. Hij neemt de broers meteen in huis.

Broers Blijdorp
Zo gebeurde het. De jongens Oppenheim krijgen een andere naam. Ze heten voortaan Jan en Kees Blijdorp, naar de wijk in Rotterdam die gebombardeerd was. ‘’Men heeft verteld dat de ouders van de jongens waren omgekomen.’’
Het onderbrengen van de jongens is een risico. Als de Duitsers het geheim van de broers ontdekken, kan het slecht aflopen met de jongens én met de familie Heuvelmans. Het kindermeisje van de familie is dan ook in paniek als ze een Jodenster vindt. Ze gaat naar meneer Heuvelmans toe. ‘’Uiteindelijk heeft hij haar het verhaal uitgelegd en haar daarna gedwongen te zwijgen als het graf.’’

Hereniging
Dat heeft ze ook gedaan want de jongens zijn nooit ontdekt. Hun vader komt om in Auschwitz. Hun moeder wordt naar Theresienstadt gestuurd maar overleeft. Na de oorlog gaat ze terug naar Nederland en wordt ze herenigd met haar zoons. Ze vertrekken naar Amerika.

De band met de familie Heuvelmans blijft altijd sterk. ‘’De jongens noemen mijn vrouw ook hun zus, en mij hun zwager.’’ Er is ook waardering vanuit de joodse gemeenschap: de familie Heuvelmans behoort tot de ‘rechtvaardige onder de volkeren’, een eretitel voor mensen die Joden in de oorlog hielpen. De familie Heuvelmans heeft ook een levensboom in Yad Vashem, de plaats waar de Joden de slachtoffers van de nazi’s herdenken.

Jaren na de oorlog voelen de Oppenheims en de Heuvelmansen zich één familie

Dankbaar
Moeder Oppenheim was erbij toen de familie de boom kreeg. ‘’Ze heeft mijn vrouw omhelsd en barstte in tranen uit. ‘Dankzij jouw ouders heb ik mijn kinderen nog’, zei ze. Ze was heel dankbaar’’, herinnert een geëmotioneerde Karel Gaethof zich.

Het verhaal van de broers Oppenheim en zijn schoonfamilie doet hem nog altijd veel.