Hajo Bruining werkt in het voorjaar van 1944 bij het Natlab van Philips. Naast zijn werk helpt hij heimelijk een Joodse arts Betty Levi aan onderdak en onderhoudt hij via een zender contact met Engeland. Ondertussen speurt de Sicherheitsdienst (SD) naar staatsvijanden, zoals Joden en verzetslieden. Op een nacht staan de Duitsers voor het huis aan de Frankrijkstraat 40 in Eindhoven. Met hun geweerkolven slaan de Duitse soldaten onheilspellend op de voordeur. Dat belooft niet veel goeds. Moeder Nora doet open.
Hajo en Nora Bruining wonen sinds 1937 in het huis Frankrijkstraat 40 in Eindhoven. Vader werkt bij het Natuurkundig Laboratorium (Natlab) van Philips. Zijn vrouw Nora zorgt voor hun vier kinderen. Annette is de oudste en lijdt aan tuberculose (tbc). Ze brengt haar dagen grotendeels door in bed.
"Ik had wel een longaandoening, maar helemaal geen tbc. Er was geen penicilline of ander medicijn beschikbaar. Ik moest platliggen en zat alleen rechtop als ik moest eten", herinnert Annette Haas-Bruining zich. "Mijn vader was vaak druk in de weer met het ontvangsttoestel. Ik hoorde dat hij berichten verstuurde en ook berichten ontving. Niet over praten, werd mij verteld."
Geweerkolven
Nog voordat de Duitsers met hun geweerkolven 'aanklopten' bij het huis van de familie Bruining staat moeder aan het bed van Annette. "Ik draag je naar het bed van je vader, het bed is nog warm. Ik heb je vader onder de vloer verstopt, maar krijg het luikje niet goed dicht. Ik heb het zeil eroverheen getrokken, maar het staat nog bol. Doe maar alsof je slaapt", instrueert moeder. Ze gaat de trap af om de deur te openen voor de ongeduldige Duitsers.
Ineens ziet Annette dat de zender van haar vader nog op het nachtkastje staat. Ze pakt snel de zender en schopt die met haar voeten naar beneden onder de dekens. Annette: "Dat heb ik ook gedaan met zijn pantoffels die nog naast het bed stonden. Daarna heb ik de lakens over me heen getrokken en gedaan alsof ik sliep."
Open tbc
De Duitsers hebben maar één doel: Hajo Bruining. Ze doorzoeken het huis en komen op de kamer van de 'slapende' Annette uit. Met een beetje pech zouden de soldaten het opbollende zeil kunnen zien. Het licht van de zaklampen spot Annette.
"Wie is dat?", vraagt een Duitser die het laken al naar achteren wil slaan. "Dat is mijn dochter en ze heeft open tbc. Ze is erg ziek", antwoordt Nora. De Duitser laat het laken meteen los. Annette: "Daar moesten ze niets van hebben." Op de kamer van de ondergedoken arts Betty Levi worden de Duitsers opnieuw om de tuin geleid. "Het is de kinderjuf die op onze kinderen past", zegt moeder al wijzend naar de bos blonde krullen die onder de dekens uitkomt.
Kerkboek
De Duitsers blijven nog een tijdje rond het huis hangen, bij het ochtendgloren zijn ze weer verdwenen. "Mijn vader komt uit zijn schuilplaats. Hij krijgt van mijn moeder snel een kerkboek onder de arm gestopt. Daarna loopt mijn vader met een groep mensen richting de kerk.
Uiteindelijk belandt hij in het Rijks Krankzinnigengesticht. De directeur is een vriend. Hij laat mijn vader opnemen zodat hij zich tussen de patiënten kan verstoppen", beschrijft Annette de vlucht van haar vader. Ook dokter Levi vindt een nieuw onderduikadres. "Op de Marconilaan bij een schoenmaker die zeven kinderen had én vlooien, dacht mijn moeder. Maar daar was ze wel veilig."
Zowel dokter Betty Levi als Hajo overleeft de oorlog. Levi emigreert naar Israël en houdt contact met de familie Bruining. Na de bevrijding ontvangt Hajo in de Ridderzaal in Den Haag een onderscheiding van de Engelse regering. "De oorlog is voorbij", zei Hajo bij die gelegenheid. Daarna sprak hij nooit meer één woord over de oorlog.